Loading...
leeg ontbijtbord met mes en vork ernaast

Attributie, kun je dat eten?

Attributie is een term uit de psychologie. Attributie is het toeschrijven van eigenschappen aan mensen of dingen en gebeurtenissen.

Aan dingen

Bij het toeschrijven van eigenschappen aan dingen kun je denken aan je iPhone die heel eigenwijs aan het updaten was, precies op het moment dat jij het nieuws wilde lezen. Je iPhone is helemaal niet eigenwijs, want het is een apparaat. En hij weet al helemaal niet dat jij het nieuws wilt lezen (nee, echt niet).

En een "slimme" energiemeter is echt niet slimmer dan de oude. Hij heeft meer mogelijkheden (en dat vindt men slim).

Aan gebeurtenissen

Je kent het wel: je hebt zo je best gedaan op iets en je faalt geweldig. Maar dat lag niet aan jou. Je partner had je wakker gehouden, de brug stond open, je was je paraplu vergeten, die ene collega had zijn "spul" niet op tijd aangeleverd. Talloze redenen waarom het mis ging. Maar jij was er (natuurlijk) niet één van.

Zeker nu, tijdens een crisis, zijn we geneigd om heel snel met onze vinger naar iemand anders te wijzen. Want Mark Rutte is eigenlijk best een hork en omdat de buren geen mondkapje dragen, hoef jij dat ook niet. Oh, en Ferd Grapperhaus knuffelt zijn schoonmoeder, nou dan mag ik dat hélemáál! En ook dan ligt het niet aan jou. Het ligt aan anderen, of aan de omstandigheden.

Maar als je successen behaalt, dan komt het door jou. Want jij bent super, zonder jou was het nooit gelukt! Natuurlijk had je hulp, de omstandigheden waren perfect, maar jij maakt het verschil! Wat zeg ik, zonder jou had het helemaal nooit plaatsgevonden!

Wat ik hierboven beschrijf heet defensieve attributie. Defensieve attributie heeft twee kanten, interne en externe attributie. Bij succes is er sprake van interne attributie. Het komt door jouw kwaliteiten, bekwaamheden, kennis. Bij falen is er sprake van externe attributie. Het weer was bagger, het moet van de politiek, het boek was veel te dik.

Aan mensen

Bij mensen doen we gedeeltelijk hetzelfde als bij gebeurtenissen. Maar we doen nog iets anders, we kijken naar wat we eerder besloten hebben. Als je regent word je nat. Dat ontdek je één keer, misschien twee en dan onthoud je het. Regen is nat. Dus als het regent, pak jij je paraplu als je naar buiten gaat.

Als iemand slecht slaapt, presteert hij slecht. Dat hebben we vaak zelf een keer getest. Dus als iemand slecht presteert is één van onze eerste vragen: "Heb je misschien slecht geslapen?" Antwoordt diegene met "ja", dan nemen we daar genoegen mee en gaan verder met onze dag. Als we een ander iemand tegenkomen die slecht presteert, stellen we weer precies die vraag.

Daarnaast is het belangrijk dat we begrijpen dat wij eigenschappen toekennen aan mensen en zij doen dat ook aan ons. De beroemde "eerste indruk" is daar een mooi voorbeeld van. Als mensen je iets langer kennen, krijgen ze de tijd om het beeld dat ze van je hebben steeds beter in te kleuren.

Attributiefouten

Mensen zijn geneigd genoegen te nemen met één plausibele verklaring. Als iemand slecht presteert en geeft aan dat hij slecht slaapt, dan is voor ons de kous af. Dat er bouwwerkzaamheden zijn naast zijn woning, hij een pasgeboren dochter heeft en hierdoor veel stress ervaart, is voor ons dan niet meer belangrijk. Hij slaapt slecht en daarom presteert hij slecht.

Hetzelfde geldt als diezelfde persoon hele goede resultaten behaalt. Dan komt het omdat hij slim is, of goed is in plannen. Niet omdat hij die opdracht al duizenden keren heeft gedaan en het zo ongeveer met zijn ogen dicht en twee vingers in zijn neus kan. Nee, hij is gewoon heel erg slim, punt uit.

Dit passen we eigenlijk continu toe op mensen en situaties. We houden daarbij helemaal geen rekening met verschil in omstandigheden. En dat is dus fout. Want zelfs al heeft een collega iets al duizend keer gedaan, die duizend-en-eerste keer, die hij doet tijdens de coronacrisis, met twee peuters die om hem heen rennen, een partner die naast hem zit te videobellen en bouwwerkzaamheden in het huis naast hen, die is van een heel ander kaliber.

Een andere veelvoorkomende attributiefout zie je als we bekende mensen beoordelen. Zeker tijdens "me too" werd dit heel zichtbaar. Een acteur wordt beschuldigd van grensoverschrijdend gedrag en je bent helemaal verbaasd. Maar hij speelt altijd van die aardige mensen! En hij lacht altijd zo vriendelijk in de camera. Zo iemand kan dat toch gewoon niet doen! Soms is het toch echt waar.

Wat kunnen we ertegen doen?

Iedereen gebruikt attributie. Of je lader nou eigenwijs is, of je stofzuiger. Als je wint, win jij. Als je faalt, ligt het aan de omstandigheden. Als het regent word je altijd nat. Tenzij je onder een afdakje staat tijdens de regenbui. De omstandigheden zijn belangrijk. En is iemand bekend, dan gaan we helemaal los.

Soms nemen we genoegen met één oorzaak en heel vaak komen we ermee weg. Toch is het belangrijk dat we ons bewust zijn van deze vooringenomenheid. Zeker in een tijd waarin we weinig mogen en veel moeten. En vooral ook heel vaak naar anderen kijken en meteen ons oordeel klaar hebben.

Om een beter oordeel te kunnen vormen is het nodig dat we vragen stellen. Door vragen te stellen komen we voorbij de eerste indruk. En als we doorvragen kunnen we nog beter onze mening bijstellen. Dan blijkt de prestatie van je collega ineens veel moeilijker te zijn geweest dan hij leek. En wint niet één iemand een prijs, maar het hele team dat achter hem staat ook. En is die ene acteur in het echt helemaal niet zo vriendelijk en aardig.

Leuke blog? Deel 'm dan!
Of laat een berichtje achter

FAQbekwaam

Ik ben er voor

Veel gelezen